Koerskracht kan niet zonder de samenwerking, inzet en visie van andere onderwijsprofessionals. Zoals die van schoolbestuurder Marco de Jong (52). We praten met hem over de kracht van christelijk onderwijs en de koers die we samen met andere scholen varen. Ook vertelt Marco waarom hij graag mensen verwelkomt die via ‘een andere route’ het onderwijs binnenkomen. Hij is daar zelf een voorbeeld van.

fotograaf: Hans van der Woerd
Marco is naast vader van vier kinderen, bestuurder van de schoolbesturen CNS Gouda en PCPO Nieuwerkerk. In totaal is hij verantwoordelijk voor zes scholen. Vier daarvan zijn met een leerlingenaantal van 300 tot 400 leerlingen per school vrij groot.
Geen woorden maar daden
Hoewel zijn scholen net buiten de spreekwoordelijke rook van Rotterdam liggen, geldt de beroemde leus van daadkracht ook hier. CNS Gouda geeft zoals ze zelf zeggen ‘bewust christelijk onderwijs’. Wat dat betekent? Marco: “Onze identiteit zit ‘m niet in woorden, we leven ernaar. Vertrouwen, verantwoordelijkheid en verbinding zijn voor ons belangrijke begrippen.” Dat geldt ook voor de interne organisatie; zo vindt hij het belangrijk dat personeel wordt ‘gezien’ en zal je hem ook regelmatig zien rondlopen op de scholen. Die stabiliteit is ook niet onopgemerkt gebleven bij de gemeente, zo vertelt Marco: “Mooi dat we van hen terugkregen dat het duidelijk is waar we voor staan.”
Veelkleurigheid van het geloof
Koerskracht staat voor het verstevigen van de christelijke identiteit. Marco gaat daarin mee: “Ik vind het belangrijk dat we meer gaan samenwerken tussen scholen met een duidelijke christelijke identiteit. Waarbij het juist mooi is als we die verschillende accenten kunnen verenigen: van reformatorische tot de iets vrijere scholen. Wij staan voor de veelkleurigheid van het christelijk geloof.” Koerskracht brengt dat volgens hem goed bij elkaar: “Je laat in samenwerking met andere onderwijsregio’s een sterker christelijk geluid horen. Je hebt dan ook een specifieke achterban.”
Anderen de ruimte geven
Marco is binnen Koerskracht betrokken bij de pijler ‘Werven & Matchen’. En dat is niet zomaar, want ooit zocht hij voor zichzelf ook een betere match. Na zijn studie Bedrijfseconomie en tijdens het eigen ondernemerschap was dit volgens hem “toch niet waarom hij hier op aarde rondloopt”. Als zij-instromer kwam hij binnen in het basisonderwijs. Hij gaf zes jaar les in Rotterdam-Zuid, waarna hij werd gevraagd om leiding te gaan geven als directeur. Daarna is hij is doorgegroeid tot de bestuurder die hij vandaag de dag is.
“Ik heb op mijn scholen veel mensen werken, die via Progressus of Koerskracht zijn opgeleid”
Nu wil hij anderen de ruimte geven: “Het is waardevol voor het onderwijs als je mensen met een andere insteek of achtergrond hebt. Misschien nog niet gekwalificeerd, maar wel geschikt. Bijvoorbeeld vanuit de pedagogiek of de Ad-PEP (associate degree Pedagogisch Educatief Professional).” Daarnaast is er aandacht voor de zij-instromers, waarvan Marco zelf het sprekende voorbeeld is. En natuurlijk de studenten die de reguliere Pabo-route volgen. “De ontwikkeling die we met elkaar doormaken vind ik heel goed, omdat je het echt samen doet. Zo heb ik op mijn scholen veel mensen werken die via Progressus of Koerskracht zijn opgeleid.”
Regionaal versus landelijk
Of je als school nu meer regionaal of landelijke georiënteerd bent, “je hebt elkaar heel hard nodig”, benadrukt Marco. De kracht zit ‘m in ‘en-en’. Koerskracht is in beginsel een landelijke onderwijsregio. Is kennisdelen met een school aan de andere kant van het land dan een obstakel? “Nee hoor. Ik zag laatst iets interessants voorbijkomen van een school verderop en belde het bestuur gewoon even voor een vraag. Een voorbeeld van zo’n contactmoment is, hoe gaan jullie om met samenwerking rond kinderopvang binnen jouw bestuur? Daarover heb ik dan met meerdere besturen contact. Ik werk wat vaker samen met besturen van Den Haag tot Woerden. Dan is het wel handig als dit in de toekomst wat meer aan elkaar wordt geknoopt.”
Samengevat zegt Marco: “Organiseer het Koerskracht-overstijgend, maar houd waar nodig wel rekening met de kracht van het regionale. Dat is heel nuttig als het bijvoorbeeld gaat over de invalpool op scholen. Dat is regionaal natuurlijk veel logischer, omdat veel personeel niet ver wil reizen.”
Lerarentekort aanpakken
Marco’s persoonlijke reis van zij-instromende leerkracht tot pragmatische bestuurder heeft hem veel geleerd. Bijvoorbeeld hoe je – zoals eerder gezegd – via niet gebaande paden goede mensen aan je kunt binden. Want we staan met z’n allen voor een belangrijke opgave, zo onderstreept hij: “Als je het lerarentekort wil aanpakken, heb je voldoende studenten nodig die op de juiste plek zitten en goede begeleiding krijgen.” Het is helder, Marco stelt: samen de schouders eronder, dan gaan we met Koerskracht volle kracht vooruit!
Blijf ons volgen!
Want in november spreken we weer een inspirerende schoolbestuurder.